Alcohol

17 januari 2014 Uit Door admin

Informatie over alcohol

De meeste studenten lusten wel een alcoholisch drankje. Gemiddeld drinken studenten meer dan andere jongeren. Gemiddeld drinken studenten 16 glazen per week, 20 per week voor mannen en 8 voor vrouwen. Bij studenten die lid zijn van een studentenverenigingen ligt dit aantal zelfs nog hoger, 27 voor mannen, 12 voor vrouwen en gemiddeld 23 glazen per week. Bij niet studerende jongeren ligt dit aantal rond de 13 voor mannen en 7 voor vrouwen. Dat er bij studentenverenigingen zoveel wordt gedronken ligt eraan dat de drank vaak goedkoop is, er kortingen worden gegeven als je grote hoeveelheden bestelt op op bepaalde momenten. Daarnaast hoef je als verenigingslid niet altijd cash te betalen. Wat ook bijdraagt aan het hoge alcoholgebruik bij studentenverengingen zijn de rituele en competitieve alcoholspelletjes.

Fabeltjes

Maar alcohol heeft niet alleen maar mooie kanten en er heersen veel fabeltjes rond alcohol. Zo is alcohol geen stimulerend middel zoals vaak gezegd wordt. Alcohol heeft juist een verdovende werking op je lichaam. Het remt de gebieden van je hersenen waarin je angstgevoelens en remming zitten. Bij sommigen pakt dit goed uit, zij worden vrolijker en spraakzamer. Anderen worden agressief en snel geïrriteerd.

Alcohol als dorstlesser

Alcohol is bepaald geen goede dorstlesser. Alcohol stimuleert de productie van vochtafdrijvende hormonen, met als gevolg dat de nieren sneller gaan werken en je vocht kwijt raakt. Hierdoor krijg je van alcohol alleen maar meer dorst. Alcohol bevat veel calorieën, ongeveer 100kcal in een glas bier wat gelijk staat aan twee bitterballen. Daarnaast zorgt alcohol voor een vertraagde vetafbraak. Hierdoor wordt je nog eens extra snel dik.

Hoe word je weer nuchter?

Als je aangeschoten of dronken bent dan eet je toch wat, of ga je bewegen of overgeven, dan ben je zo weer nuchter. Dit is een fabeltje. De afbraak van alcohol door de lever kun je niet versnellen. Door te gaan bewegen, bijvoorbeeld dansen of fietsen, maak je adrenaline aan. Daardoor voel je je minder verdoofd en lijkt het alsof je nuchterder bent. Maar dit is dus niet zo. Door te gaan eten zorg je ervoor dat alcohol minder snel opgenomen wordt, maar het heeft geen invloed op de afbraak. Tenslotte overgeven, ook dit heeft geen nut. Door overgeven raak je alleen dat deel van de alcohol kwijt die nog niet in je bloed is opgenomen en die je dus nog niet voelde. Het is niet waar dat alcohol pas schade aanricht op het moment dat je het voelt. Alles wat met alcohol in aanraking komt wordt aangetast. Dus je keel, mond, slokdarm, maag, lever, hart- en bloedvaten worden aangetast. Ook al als je dat nog niet voelt.

Fabeltjes over alcohol

Alcohol lijdt vaak tot agressie, horeca ondernemers noemen het dan ook als de belangrijkste oorzaken voor agressie tijdens het uitgaan. Alcohol versterkt ook andere factoren die lijden tot agressie. Als je bijvoorbeeld boos bent versterkt alcohol dit gevoel. Alcohol dood hersencellen in willekeurige volgorde. Er heerst een fabeltje dat eerst de slapste hersencellen afsterven. Als je langere tijd gemiddeld 25 glazen of meer per week drinkt loop je grote kans op hersenschade. Je geheugen wordt minder, je kunt minder snel denken en je kunt je moeilijker aanpassen aan nieuwe situaties. Alcohol als een ‘slaapmutsje’, een ander hardnekkig fabeltje. Je valt misschien makkelijker in slaap, maar de kwaliteit van de slaap is minder. Je slaapt onrustiger, je wordt gestoord in je dromen en je wordt ’s ochtends minder uitgerust wakker.

Leerprestaties

Een teveel aan alcohol beïnvloedt niet alleen je gezondheid, ook je leerprestaties kunnen er onder lijden. Je geheugen, en dan met name je lange termijn geheugen, werkt significant slechter na een avondje flink drinken. Als je gemiddeld drie glazen alcohol per dag drinkt kunnen je hersenen op den duur schade gaan ondervinden. Het vermogen tot kritisch denken en de flexibiliteit van je hersenen neemt af. Als je dit jarenlang volhoudt kunnen je hersenen 10% tot 15% kleiner worden ten opzichte van iemand die niet zoveel alcohol drinkt.

Hoe kun je zien dat iemand echt teveel drinkt?

Er zijn een aantal verschijnselen die wijzen op ‘probleemdrinken’: Drinken om stemming te veranderen, grote hoeveelheden alcohol nodig hebben, de persoon doet beloftes en pogingen om te stoppen, lichamelijke problemen, de persoon krijgt onthoudingverschijnselen, niet op werk komen, ruzie met vrienden en gezinsleden over drank. Het aantal glazen is dus niet bepalend of je wel of niet een probleemdrinker bent, dat verschilt per persoon.

Iemand helpen om te stoppen en omgaan met een kater

En hoe kan ik zo iemand helpen? Praat erover met iemand die je vertrouwt. Bespreek het probleem met de persoon zelf maar doe dit wel op het juiste moment, niet als de persoon onder invloed is. Vertel de persoon hoe hij/zij geholpen kan worden bij het stoppen met problematisch drinken. De drinker moet het wel zelf willen, het gaat om zijn motivatie.

Iedereen drinkt wel eens teveel en moet dat de volgende dag ondervinden middels een kater. Wat kun je daar aan doen? Blijf zo lang mogelijk in bed, ontbijt stevig met veel vers fruit en vruchtensap, ga niet in de directe zon en drink vooral geen koffie. Een kater betekent dat je uitgedroogd bent, koffie onttrekt nog meer vocht aan je lichaam.

Andere artikelen over studenten en gezondheid:

Aids & hivalcoholbehandeling van aidscondoomsdrugskenmerken soasoa & studentensport.