Schulden, wat nu?

Je bent net terug van een lekker dagje shoppen, je hebt alweer meer geld uitgegeven dan je je voorgenomen had. Of je hebt toch die nieuwe 32 inch flatscreen gekocht die in de aanbieding was. Hij was zo goedkoop, dat kon je toch niet laten lopen? Met enigszins een schuldgevoel open je de voordeur van je huis. Je denkt nog: “Vanaf nu ga ik sparen”. En ja hoor, op de grond ligt een aanmaning. Je hebt al drie maanden huurachterstand, en nu komt dit er ook nog bij. Wat nu?

Je bent niet de enige

Een troost, je bent niet de enige Nederlander met schulden. In Nederland hebben er in totaal 1,9 miljoen huishoudens een betalingsachterstand. Een groot deel, 700.000, van deze huishoudens hebben zelfs problematische schulden. Onder problematische schulden worden schulden verstaan waar de huishoudens zelf niet meer uitkomen. Dit zijn schulden waarbij men meer moet aflossen dan er mogelijk is. Aangezien dit aantal huishoudens met een schuld erg hoog is probeert de overheid jou als consument bewuster te maken van de risico’s van het lenen van geld. De overheid hoopt dat het aantal mensen met een schuld afneemt door het toegenomen bewustzijn met betrekking tot de risico’s van schulden.

Strengere regels

Naast een groter bewustzijn creëren stelt de overheid ook strengere regels op voor kredietverstrekkers, zodat niet iedereen zomaar een lening kan krijgen. De overheid heeft bijvoorbeeld een kredietwaardigheidstoets in laten voeren. Hiermee kan vast worden gesteld of iemand na het aflossen van de lening en rente nog voldoende inkomen overhoudt om zichzelf en zijn gezin te kunnen onderhouden. Zo’n kredietwaardigheidstoets moet uitgevoerd worden op het moment dat iemand 1 maand of meer rood staat. Daarnaast zijn kredietverstrekkers verplicht om in hun tv en internetreclames een waarschuwing te geven voor de risico’s van een lening. Er volgt dan altijd de waarschuwingstekst: ‘Let op! Geld lenen kost geld’. Gemeenten moeten mensen met schulden sneller helpen. De overheid wil de wachtlijsten voor schuldhulpverlening verkorten.

Het ontstaan van schulden?

De belangrijkste redenen voor het ontstaan van schulden zijn een gebrekkig financieel beheer, inkomensdaling en/of leven boven je stand. Een combinatie hiervan is natuurlijk helemaal fataal. Bij studenten komen alledrie de vormen voor. De meeste studenten zijn niet erg nauwkeurig in hun administratie en financiën, zo kan het ineens zijn dat je nauwelijks nog geld hebt om bijvoorbeeld je huur te betalen. In het ergste geval moet je dan een lening af sluiten. Het kan ook zijn dat je je baan plotseling verliest. Als student heb je toch meestal nog geen vaste baan en kan het voorkomen dat je onverwachts je baan verliest of minder uren kan werken.

Vooral de laatste oorzaak, leven boven je stand, komt bij studenten voor. Je wilt toch wel een beetje relaxt wonen, uitgaan, een smartphone, laptop, auto en meerdere keren per jaar op vakantie. Alles bij elkaar zijn dit aardig wat maandelijkse kosten. Als je niet genoeg verdient zul je hier een lening voor af moeten sluiten. Maar dan loop je het risico dat je het financieel niet meer bij kunt benen en steeds verder in het moeras van je schulden zakt.

Rood staan

Als je rood staat bij je bank kost dit ook geld. Rood staan is namelijk niet gratis. Voor het rood staan betaal je tussen de 8 en 15% rente, afhankelijk van je bank en het maximale bedrag dat je rood kunt staan. Als je dus €1000 rood staat kost je dit over een jaar al minimaal €80. Dat is toch een fiks bedrag, zeker als je ook nog schulden hebt. Het is zelfs zo dat rood staan meer geld kost dan sparen je oplevert. Het gebruiken van je creditcard kan een schuld opleveren, aangezien je een lening aangaat die je later terug betaalt.

Rente betalen

Over een schuld moet je rente betalen aan de schuldeiser. Als de schuldeiser in zijn algemene voorwaarden of contract met jou de hoogte van de rente vastlegt noem je dit een contractuele rente. Is deze rente lager dan de wettelijke rente, dan wordt de contractuele rente vervangen door de wettelijke rente. Als er geen afspraken gemaakt zijn tussen jou en je schuldeiser voor wat betreft de rente, geldt de wettelijke rente voor handelstransacties of niet-handelstransacties. De wettelijke rente voor handelstransacties is van toepassing op transacties waarbij goederen en/of diensten worden geleverd tegen betaling. De wettelijke rente voor niet-handelstransacties is bedoeld voor transacties die niet voor handel zijn. De beide vormen van rente worden elk half jaar gewijzigd en kun je vinden op de website van De Nederlandsche Bank en in de maandberichten van de Europese Centrale Bank.

Incassobureau

Als je je rekening niet op tijd of niet helemaal betaalt krijg je eerste een aanmaning van een incassobureau. Op een aanmaning staan niet alleen het bedrag wat je de schuldeiser verschuldigd was, maar ook de incassokosten die je moet betalen en het rentebedrag. De incassokosten bedragen minimaal €40 en worden berekend als een percentage van je schuld.Als je niet op de aanmaningen reageert kan de schuldeiser een deurwaarder inschakelen. De deurwaarder begint een rechtszaak tegen je en je krijgt via een dagvaarding te horen dat je voor de kantonrechter moet verschijnen. Ook staat er in de dagvaarding wat de schuldeiser eist. Krijgt de schuldeiser gelijk dan bepaalt de rechter wat en wanneer je moet betalen. Betaal je dan nog niet, dan mag de deurwaarder beslag leggen op bijvoorbeeld je loon, uitkeringen, geld op je bakrekening of op je goederen als je auto. Alleen de deurwaarder mag beslag leggen op je goederen, een incassobureau is hier niet bevoegd voor. Een aantal instanties heeft echter geen deurwaarder nodig om beslag te leggen op jouw bezittingen. Zo mogen de Belastingdienst, het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen, het Openbaar Ministerie, de gemeente, het UWV en de Sociale Verzekeringsbank zonder tussenkomst van de deurwaarder beslag leggen.

Hoe kom je er van af?

Maar hoe kom je nu van je schulden af? Hiervoor zijn verschillende manieren. Je kunt het zelf oplossen, maar je kunt ook gespecialiseerde hulp vragen van iemand van de gemeente die je helpt bij de schuldbemiddeling. Schuldhulpverlening kun je aanvragen bij de afdeling Sociale Zaken van je gemeente. Gemiddeld duurt het na je aanvraag 32 dagen voordat je schuldhulpverlening krijgt. Schuldhulpverleners proberen dan afspraken te maken met jouw schuldeiser(s). Als blijkt dat je je schulden niet binnen 3 jaar af kunt betalen zullen de schuldhulpverleners proberen om een minnelijk akkoord af te sluiten met de schuldeiser(s). Als je een minnelijk akkoord hebt moet je 3 jaar lang een afgesproken bedrag aflossen bij de schuldeiser. Na die 3 jaar scheldt de schuldeiser de rest van de schuld kwijt. Een andere manier om van je schuld af te komen is geld lenen bij de gemeentelijke kredietbank. Je kunt dan de schuldeiser in 1 keer afbetalen. Je moet dan 3 jaar lang een vast bedrag aflossen bij de bank.

De eerste stap: maak een overzicht van inkomsten en uitgaven

Een eerste stap in het zelfstandig afkomen van je schulden is het overzichtelijk maken van je inkomsten, schulden en uitgaven. Een goede begroting zal je niet direct van je schulden af helpen maar geeft vaak duidelijk weer wat de oorzaak van je schuld is. Als je dan de oorzaak gevonden hebt, bijvoorbeeld hoge kosten voor uitgaan, kun je proberen deze kosten omlaag te brengen. Het is daarnaast handig om, als het mogelijk is, je overige uitgaven lager te maken en/of je inkomsten te verhogen. Bepaal vervolgens op basis van wat je per maand overhoudt hoeveel je af kunt lossen. Als je je inkomsten kunt verhogen kun je elke maand ook een groter deel van je schuld aflossen.

Wettelijke schuldsanering

Als er geen oplossing gevonden kan worden voor je schulden moet er een zogenaamde wettelijke schuldsanering worden aangevraagd. Voor zo’n wettelijke schuldsanering moeten jij en je schuldhulpverlener een verzoek indienen bij de rechtbank. Dit verzoek moet voorzien zijn van een schuldsanerinsverklaring waarin staat uitgelegd waarom een minnelijk akkoord niet mogelijk was. Vervolgens kijkt de rechtbank of een minnelijk akkoord echt niet tot de mogelijkheden behoort en hoe je schulden ontstaan zijn. Uiteindelijk maakt de rechtbank een beslissing of je schuld wel of niet gesaneerd wordt. Als het verzoek ingewilligd wordt wordt er een zogenaamd saneringsplan opgesteld. Hieraan moet je schuldeiser meewerken. In het saneringsplan staat het bedrag wat je af moet lossen en hoe lang het proces duurt. Er wordt door de rechtbank een bewindvoerder aangesteld die het hele proces volgt en nagaat of alles volgens de afspraken verloopt. Als het plan volgens afspraken uitgevoerd is wordt de schuld die nog rest kwijtgescholden. Wordt het plan niet goed uitgevoerd dan kan de rechtbank de sanering voortijds stoppen en wordt je failliet verklaard. De schuldeiser kan dan weer beslag leggen op je bezittingen en inkomen. Je krijgt geen schuldsanering als je schulden ontstaan zijn door onverantwoord koopgedrag, fraude, eerdere faillissementen, schuldsaneringen of als het strafrechtelijke schulden zijn.

Kredietbank en Algemeen Maatschappelijk Werk

De Kredietbank en het Algemeen Maatschappelijk Werk werken samen met gemeenten en kunnen je helpen bij schuldbemiddeling en -sanering maar ook bij budgetbegeleiding en werk re-intergratie. Je kunt zelf ook het een en ander lezen over schulden en hoe je hier vanaf kunt komen. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegendheid en meerdere andere instellingen hebben gewerkt aan de Schuldpreventiewijzer. Dit zijn een boekje en website met praktische tips, stappenplannen, voorbeelden en informatie om van je schuld af te komen en hoe je schulden kunt voorkomen.